Copilot in Power Automate voor bureaublad biedt een interface die het proces voor het maken van automatisering vereenvoudigt. Met de mogelijkheden voor natuurlijke taal en Power Fx-syntaxis kunt u bureaubladstromen maken door instructies in het Engels of met Power Fx-syntaxis te gebruiken. Dit maakt kennis van algoritmen of pseudocode overbodig. Met Copilot kunt u eenvoudig automatiseringen genereren, waardoor wordt kostbare tijd en resources worden bespaard.

Met Opnemen met Copilot in Power Automate voor bureaublad kunt u bureaubladautomatiseringen bouwen door uw scherm te delen en de taak te beschrijven die u wilt automatiseren, net alsof u deze aan iemand uitlegt. Met Opnemen met Copilot wordt tijdens de opname uw stem-, muis- en toetsenbordinvoer vastgelegd. Vervolgens wordt deze invoer verwerkt en geconverteerd naar een bureaubladstroom die u kunt bekijken, bewerken en opslaan voordat u deze uitvoert. Dit maakt automatisering toegankelijk voor iedereen, ongeacht de technische expertise, en versnelt het proces van het maken van bureaubladstromen aanzienlijk.

De functie bureaubladstromen optimaliseren met intelligente inzichten en aanbevelingen in Power Automate voor bureaublad is ontworpen om gebruikers proactieve, intelligente aanbevelingen te bieden tijdens het maken van bureaubladstromen. Deze functie maakt gebruik van historische stroomgegevens, gebruikspatronen, runtimeprestaties, foutprofielen en beproefde best practices om op maat gemaakte, contextgevoelige inzichten te bieden die de efficiëntie en betrouwbaarheid van uw automatiseringen aanzienlijk kunnen verbeteren.

In de categorie Foutvermijding helpt deze functie runtime-fouten te voorkomen door gebruikers te waarschuwen voor mogelijke problemen voordat deze zich voordoen. Het kan bijvoorbeeld waarschuwen voor schendingen van het DLP-beleid (Data Loss Prevention, preventie van gegevensverlies) die ertoe kunnen leiden dat een stroom mislukt, en biedt waar mogelijk tijdelijke oplossingen. De functie identificeert ook elementen die het beleid voor stroomcontrole schenden en stelt automatische herstelmaatregelen voor. Bovendien detecteert het eerdere selectorfouten en zelfherstellende gebeurtenissen, en beveelt gebruikers aan deze selectors te controleren of te herstellen. Deze functie belicht ook potentiële stroomtime-outs door de eerdere uitvoeringsgeschiedenis te analyseren, en biedt aanbevelingen voor het scannen van code om valkuilen zoals oneindige lussen of niet-geïnitialiseerde exemplaren te vermijden.

In de categorie Foutherstel helpt deze functie bij het oplossen van ontwerpfouten die anders onopgemerkt zouden blijven. Het geeft suggesties om ontbrekende actie-eigenschappen, inclusief variabelen, aan te vullen en helpt bij het corrigeren van syntaxisfouten in Robin of Power Fx. Deze begeleiding zorgt ervoor dat stromen logisch in orde zijn en vrij zijn van veelvoorkomende fouten, waardoor het ontwikkelingsproces soepeler en efficiënter wordt.

De categorie Code-optimalisatie richt zich op het verbeteren van de prestaties en onderhoudbaarheid van bureaubladstromen. Deze functie stelt beter presterende of begrijpelijke acties voor, identificeert logische tekortkomingen en stelt mogelijke oplossingen voor. Het beveelt aan om acties in Try & Catch-blokken in te pakken om uitzonderingen netjes af te handelen. Het voegt opmerkingen of regio's toe voor een betere leesbaarheid en splitst grote substromen op in kleinere, beter beheersbare eenheden. Deze optimalisaties verbeteren de stroomprestaties en maken de code gemakkelijker te begrijpen en te onderhouden. De door AI mogelijk gemaakte Copilot faciliteert deze verbeteringen door duidelijke herstelstappen te bieden en koppelingen naar relevante documentatie te bieden. Hierdoor kunt u best practices eenvoudig en met vertrouwen implementeren.

U kunt tags maken en toewijzen aan uw bureaubladstromen via de console. Met deze functie kunt u uw stromen zoeken en filteren op basis van tags, waardoor het gemakkelijker wordt om specifieke stromen te beheren en te vinden.

Tags worden centraal beheerd in de Dataverse-omgeving en zijn niet beperkt tot bureaubladstromen. Dit betekent dat andere Power Platform-assets in de toekomst ook gebruik zullen kunnen maken van deze functionaliteit.

Met deze functie kunt u bureaubladstroomverbindingen delen met een pijplijn-SPN-naam, wat essentieel is voor klanten die pijplijnen gebruiken.

1. Maak bureaubladstroomverbindingen met een service-principal als de eigenaar van de uitvoering (standaard is de eigenaar van de uitvoering de eigenaar van de verbinding).
2. Deel de verbinding met de pijplijn-SPN-naam.
3. De pijplijn exporteert de oplossing als de eigenaar van alle records van de beheerde oplossing.
4. De pijplijn-SPN-naam importeert de oplossing in de productieomgeving, waarbij de toewijzing tussen verbindingsverwijzing en verbindings-id wordt onderhouden.

In Power Automate voor bureaublad kunt u schakelen tussen de standaardkleurmodus en de donkere modus. Met deze instelling kunnen de console en stroomontwerper een donker thema gebruiken op basis van uw voorkeur. De functionaliteit is beschikbaar in de console-instellingen.

Met het vastleggen van een VM-installatiekopie kunt u de aangepaste VM-installatiekopie opnieuw gebruiken voor het inrichten van andere gehoste machines of machinegroepen. Dit werkt als volgt:

• Momentopname: vastleggen van de VM-schijf op een bepaald tijdstip.
• Generalisatie: verwijdert machine- en gebruikersspecifieke informatie uit de VM, zodat deze kan worden hergebruikt.
• Opslag in uw Azure Compute Gallery: de VM-installatiekopie kan worden opgeslagen en gebruikt door Power Automate-services.

Eindpuntfiltering in Power Automate voor bureaublad biedt een extra controle- en beveiligingslaag voor uw automatiseringstaken. Pas als beheerder eindpuntfiltering toe met behulp van de bestaande functie Preventie van gegevensverlies (DLP) in Power Automate. Maak een acceptatielijst met toepassingen en websites waarmee uw automatiseringsscripts kunnen communiceren, of een lijst met geweigerde toepassingen en websites die moeten worden beperkt.

Deze functie is gericht op acties voor UI- en browserautomatisering en zorgt ervoor dat uw automatisering voldoet aan het beleid van uw organisatie. Eindpuntfiltering wordt op dezelfde manier gecontroleerd als DLP-beleid momenteel wordt geverifieerd in Power Automate voor bureaublad. Maak gebruik van eindpuntfiltering om strak te beheren welke eindpunten toegankelijk zijn, waardoor de precisie en beveiliging van uw automatiseringswerkstromen worden verbeterd.

Deze functie biedt ondersteuning voor het verbinden van gehoste machinegroepbots met zowel on-premises Active Directory (AD) als Microsoft Entra ID bij gebruik van aangepaste virtuele netwerken (VNET's).

• Een aangepast virtueel netwerk (VNET) wordt geconfigureerd met behulp van Azure Virtual Network. Toegang tot de domeincontroller is vereist vanuit het aangepaste VNET.
  • Met een aangepast VNET hebt u toegang tot on-premises resources bij het uitvoeren van uw automatisering.
• Microsoft Entra hybride join wordt geconfigureerd bij het instellen van de Power Automate-netwerkverbinding.
  • Met Microsoft Entra hybride kunnen de bots van uw gehoste machinegroep worden ingeschreven in zowel uw on-premises Active Directory (AD) als Microsoft Entra ID.

Met een nieuwe actie met de naam Referentie ophalen in Power Automate voor bureaublad kunt u veilig inloggegevens ophalen en rechtstreeks in uw bureaubladstromen gebruiken. Tijdens de preview-fase ondersteunt deze actie referenties die zijn gemaakt via CyberArk, en die beschikbaar zijn in het opgegeven gedeelte van de Power Automate-portal. Deze functie zorgt ervoor dat inloggegevens veilig worden behandeld en in lijn zijn met best practices voor gegevensbescherming.

De ondersteuning voor schaduw-DOM's in Power Automate voor bureaublad introduceert geavanceerde functionaliteit om ingekapselde DOM-structuren effectief te verwerken. Tot de belangrijkste functies behoren:

• Verbeterde elementdetectie: lokaliseer en gebruik elementen in de schaduwknooppunten nauwkeurig met behulp van geavanceerde selectors.
• Dynamische afhandeling van schaduw-DOM: automatiseer dynamische of tijdens runtime gegenereerde schaduw-DOM-componenten zonder onderbrekingen.
• Ondersteuning voor geneste schaduw-DOM: doorkruis en maak gebruik van diep geneste schaduwstructuren.
• Domeinoverschrijdende iFrame-compatibiliteit: verwerk schaduw-DOM-elementen die zijn ingesloten in cross-origin iFrames voor naadloze automatisering.
• Recorder- en afspeelupdates: leg moeiteloos interacties in schaduw-DOM's vast en speel ze nauwkeurig opnieuw af.

Met de resolutie-instelling voor uitvoeringen zonder toezicht in Power Automate voor bureaublad kunt u instellingen voor schermresolutie en DPI rechtstreeks binnen de eigenschappen van elke stroom configureren. Definieer en pas nauwkeurige resolutie-instellingen toe die overeenkomen met de vereisten van uw automatisering.

Belangrijkste mogelijkheden:

• Configuratie per stroom: stel specifieke resolutie- en DPI-voorkeuren in op automatiseringsniveau om compatibiliteit te garanderen, ongeacht de machine die de taak uitvoert.
• Gebruiksvriendelijke interface: verkrijg toegang tot resolutie- en DPI-instellingen via een intuïtieve interface, waardoor de complexiteit van traditionele configuratiemethoden wordt verminderd.
• Permanente instellingen: deze configuraties blijven behouden via software-updates en op verschillende machines, waardoor herhaalde aanpassingen niet meer nodig zijn.

Werkwachtrijen in Power Automate kunnen een cruciale rol spelen bij het verbeteren van de efficiëntie, schaalbaarheid en tolerantie van automatisering en het bepalen van de prioriteit van werk.

Zo kunt u Service Level Agreements (SLA's) voor werkwachtrijen configureren:

• SLA-type
  • Levensduur (TTL)
  • Kantooruren
• SLA-engine
  • Geef prioriteit aan werkwachtrij-items die het dichtst bij de SLA-deadline liggen.
  • Identificeer werkwachtrij-items die gevaar lopen.
  • Bewaak de status van SLA's voor werkwachtrijen.

De nieuwe Copilot-zijpaneelfunctie in Power Automate voor bureaublad verbetert de gebruikerservaring door gedetailleerde uitleg te geven over automatiseringsstromen en substromen. Gebruikers kunnen eenvoudig naar het zijpaneel van de Copilot navigeren, de juiste vaardigheid selecteren in de vaardigheidskiezer en vragen stellen als "Wat doet de substroom?" of "Wat doen acties van 3-12?". Deze functie biedt duidelijke inzichten in automatiseringsprocessen, waardoor probleemoplossing en onderhoud van complexe automatisering worden vereenvoudigd. Dit stelt teams in staat om snel problemen te identificeren en op te lossen, wat zorgt voor consistente operationele efficiëntie en SLA-naleving.

Sta klanten toe lijsten met referenties te definiëren en deze te gebruiken in de bureaubladstroomverbindingen. Met deze lijsten kunnen klanten definiëren welke machines deze referenties kunnen gebruiken. Deze lijsten kunnen worden gebruikt als inloggegevens in de bureaubladstroomverbindingen en werken met dezelfde referentiebeheerfunctie, zoals:

• Versleuteling en gegevensbeveiliging
• Wachtwoordrotatie
• Application Lifecycle Management

Tijdens de openbare preview worden alleen CyberArk-referenties ondersteund voor toewijzing.

Met de spraakopdrachtfunctionaliteit voor Copilot in Power Automate kunt u bureaubladstromen maken en beheren met het uitspreken van opdrachten in natuurlijke taal via een microfoon. U kunt spraakopdrachten inschakelen door op het microfoonpictogram rechtsonder in het Copilot-zijmenu te drukken en handsfree automatiseringsstappen te dicteren. Met een druk op het stoppictogram wordt de stap beëindigd en wordt uw prompt automatisch verzonden naar Copilot. Deze functie vermindert handmatige invoer, bespaart tijd en moeite, en verbetert de veelzijdigheid en gebruiksvriendelijkheid van Copilot, wat bijdraagt aan verbeterde productiviteit en gestroomlijnde activiteiten.

• Bureaubladstromen hebben versies. Telkens wanneer u een stroom opent, kunt u wijzigingen aanbrengen en concepten opslaan totdat u besluit deze te publiceren.
• De versiegeschiedenis in de stroomontwerper voor Power Automate bureaublad laat zien wie de wijzigingen heeft aangebracht en wanneer.
• Vergelijk wijzigingen tussen de huidige versie en een vorige versie of tussen twee versies die u selecteert.
• In de console voor Power Automate bureaublad bevat het contextmenu een optie voor de versiegeschiedenis. Hier wordt versie-informatie weergegeven in het eigenschappenvenster van de bureaubladstroom.
• Een deel van deze functionaliteit zal ook beschikbaar zijn in de portal.

Copilot in Power Automate voor bureaublad ondersteunt nu contextueel geheugen, zodat u stromen kunt bouwen door te verwijzen naar eerder verstrekte prompts. Dit elimineert repetitieve invoer, waardoor het creëren van automatisering intuïtiever en efficiënter wordt.

Belangrijkste kenmerken en voordelen:

• Contextueel begrip: Copilot behoudt details van eerdere prompts, zoals bestandspaden, parameters of objecten, voor naadloos hergebruik.
• Efficiëntie: vereenvoudigt complexe werkstromen doordat het niet meer nodig is om informatie in meerdere stappen opnieuw over te typen.
• Verbeterde nauwkeurigheid: zorgt voor consistentie en minimaliseert fouten door nauwkeurig te verwijzen naar eerdere invoer.
• Intuïtieve gebruikerservaring: maakt soepelere, slimmere automatiseringscreatie mogelijk met minimale inspanning.

Wanneer u het plusteken (+) selecteert voor een actie in de ontwerpfunctie, wordt het actievenster geopend. In het actievenster kunt u zoeken naar en bladeren door connectors en acties. Het is voor makers vaak lastig om de juiste connector te vinden, omdat er geen manier is om toegang te krijgen tot favoriete of veelgebruikte connectors of de meest gebruikte ingebouwde hulpmiddelen van een stroom. Met deze wijziging kunnen makers elke connector of actie als favoriet markeren, zodat deze standaard wordt weergegeven in het deelvenster Een actie toevoegen onder de sectie Favorieten. Makers krijgen snel toegang tot AI-mogelijkheden in het product onder de sectie AI-mogelijkheden en ze kunnen snel gebruikmaken van bouwstenen of ingebouwde tools zoals Besturing, Gegevensbewerking, JSON en meer onder de sectie Ingebouwde hulpmiddelen.

Deze verbetering maakt het actievenster Bladeren door connectors in cloudstromen toegankelijker en efficiënter voor makers terwijl ze artefacten aan hun stroom toevoegen.

Met deze functie kunt u werkstromen in Teams instellen en gebruiken voor bestanden. U kunt een stroom voor een bestand aanmaken in het overloopmenu van de werkstroom-app. Verbeter uw productiviteit door met een van de beschikbare sjablonen uw bestand te verwerken of door AI te gebruiken om uw stroom helemaal opnieuw te creëren.

Voor deze functieverbetering moest u voor het filteren van gegevens uit de SharePoint- en Excel-acties Items ophalen, Bestanden ophalen of Rijen weergeven op basis van een bepaalde regel (kolomnaam en andere), zelf een OData-query schrijven. Met deze verbetering kunt u een vereenvoudigde OData-editor gebruiken, waardoor u niet zelf complexe OData-query's hoeft te schrijven. Gebruik de visuele editor gebruiken om uw OData-query samen te stellen.

Deze functie wordt automatisch ingeschakeld voor makers.

Als u deze functie wilt gebruiken, hoeft u geen technische aspecten te kennen. Wanneer u een actie wilt toevoegen, moet u de eigenschapswaarde van meerdere stappen tijdens het ontwerp of de uitvoerwaarden van meerdere stappen tegelijk tijdens runtime onderzoeken. Alle gegevens worden standaard inline weergegeven.

Zonder inlineweergave moet u elke kaart afzonderlijk selecteren om alleen de waarde van deze bepaalde stap in het zijvenster weer te geven. Vervolgens moet u de volgende kaart selecteren om de waarde weer te geven in het zijvenster, zonder dat u meerdere waarden tegelijk kunt weergeven en vergelijken.

Voorheen moest u complexe expressies schrijven in cloudstromen in Power Automate om gegevens te verwerken of conversies, bewerkingen of vergelijkingen uit te voeren. Met deze functie kunt u complexe expressies maken of bestaande expressies bewerken door simpelweg natuurlijke taalprompts in te dienen bij Copilot in Power Automate.

U hebt Copilot toegang nodig in uw tenant om deze functie te gebruiken. Als u Copilot uitschakelt, wordt deze functie ook uitgeschakeld.

Bekijk en beheer alle stroomafhankelijkheden die betrokken zijn bij uw proces met meerdere stromen. Bovenliggende/onderliggende stromen, bureaubladstromen en werkwachtrijen worden gevisualiseerd via de beheerervaring voor procestoewijzingen.

End-to-end waarneembaarheid via een procesgerichte weergave van alle automatiseringslogboeken stelt u in staat het volgende te doen:

• Voer eenvoudig een impactanalyse uit van falende substromen.
• Navigeer op efficiënte wijze tussen logboeken, referenties en verbindingen van stroomuitvoeringen.

Met de nieuwe designer wordt automatisch een kopie van de stroom opgeslagen in de browseropslag bij een mislukte poging tot opslaan, zelfs met fouten. Deze mogelijkheid is in twee gevallen handig: 1) Wanneer de onderliggende service een storing doorloopt en wanneer makers moeten voorkomen dat hun niet-opgeslagen wijzigingen verloren gaan door hun stromen te verlaten, en 2) Voor niet-oplossingsstromen die de functionaliteit 'Concept opslaan' ontbreken, kunt u uw stroom afsluiten met fouten en op een later tijdstip terugkomen om de fouten op te lossen en de stroom op te slaan.

In de ontwerptool verschijnt een informatiebanner dat u informeert wanneer de ontwerptool de werkstroomkopie kan opslaan in de opslagruimte van de browser. U kunt nu uw stroom afsluiten.

Wanneer u de stroom opnieuw bekijkt in de ontwerper, wordt standaard de eerder opgeslagen versie geladen in de ontwerper. U kunt de niet-opgeslagen kopie herstellen via de knop 'Herstellen' in de infobanner.

U kunt nu fouten in deze kopie van de stroom oplossen. Als u deze kopie niet opslaat, is de eerder opgeslagen versie van de stroom nog steeds toegankelijk bij het opnieuw laden van het tabblad. Als u deze kopie opslaat, wordt de eerder opgeslagen versie van de stroom echter overschreven. Ook wordt de browseropslag gewist, omdat er geen niet-opgeslagen wijzigingen in de stroom zijn.

Hieronder volgt een samenvatting van de besparingsfunctie:

• U kunt een regel voor opslaan definiëren in een cloudstroom, werkwachtrij of bureaubladstroom.
• De regel definieert in eerste instantie hoeveel tijd en geld elk van hun onderliggende items genereert (onderliggend item: cloudstroomuitvoering, werkwachtrij-item, bureaubladstroomuitvoering).
• De besparingen worden geaggregeerd en weergegeven in het automatiseringscentrum en in de nieuwe Value Hub in het Power Platform-beheercentrum.

Deze functie wordt automatisch ingeschakeld voor makers met toegang tot Copilot.

U hoeft geen kennis van technische aspecten te hebben om deze functie te gebruiken. Wanneer u een actie wilt toevoegen op een bepaalde plaats, ziet u een optie om voor de inline Copilot in natuurlijke taal te beschrijven welke acties u wilt. Vervolgens maakt de inline Copilot deze acties automatisch voor u.

Zonder contextuele Copilot moet u in het chatvenster voor Copilot beschrijven waar u die nieuwe stappen exact wilt toevoegen, wat erg tijdrovend kan zijn.

Beheerders, CoE-teams, zakelijke gebruikers en makers met toegang tot de geschiedenis van stroomuitvoeringen kunnen in hun omgeving in natuurlijke taal query's uitvoeren op eerdere uitvoeringen. Ze kunnen bijvoorbeeld vragen hoeveel stromen er gisteren zijn uitgevoerd, op welke machines of groepen, wat het succespercentage was en hoe dat zich verhoudt tot vorige maand? Stel vragen over recente uitvoeringen, hun duur, volumes, storingen, storingsfrequentie, machines, machinegroepen, bovenliggende stromen en nog veel meer.

Natuurlijke taal naar code is een nieuwe AI-mogelijkheid in Power Automate voor bureaublad. Hiermee kunt u snel code genereren voor scriptacties, gewoon door deze te beschrijven. Deze functie is beschikbaar in de acties PowerShell uitvoeren, VBScript uitvoeren, DOS-opdracht uitvoeren, Python uitvoeren en JavaScript uitvoeren. U kunt eenvoudig beschrijven wat u wilt bereiken, en de tool genereert het script voor u. Deze functie maakt het gemakkelijk voor gebruikers die niet bekend zijn met scripttalen om hun taken te automatiseren.

De suggestiefunctie voor de beste vervolgactie is ontworpen om het automatiseringsproces te stroomlijnen, zodat het voor u gemakkelijker is om werkstromen te maken en te automatiseren zonder dat daarvoor uitgebreide kennis van stroomcreatie nodig is.

Met deze nieuwe toevoeging kunt u met gemak complexere werkstromen creëren. De functie zal de volgende actie voorstellen die zinvol is op basis van de context van de huidige werkstroom en de acties die al zijn toegevoegd.

Deze functie wordt automatisch ingeschakeld voor makers die toegang hebben tot Copilot.

U hoeft geen kennis van technische aspecten te hebben om deze functie te gebruiken. U ziet de automatisch gegenereerde samenvatting boven aan de pagina. U kunt deze uitvouwen voor meer details. Selecteer de knop voor downloaden om de samenvatting als PDF-bestand te downloaden.

Deze functie bespaart u tijd omdat er automatisch stroomdocumentatie wordt gemaakt voor leden zonder toegang tot de stroom. Andere leden weten misschien ook niet hoe ze een onbewerkte stroomdefinitie moeten lezen.

Copilot kan gebruikers helpen bij het oplossen van problemen met een nieuwe functie en fouten in de cloudstroom corrigeren. Deze correcties hebben betrekking op problemen die zich voordoen tijdens ontwerp en foutopsporing, en kunnen worden geïmplementeerd om uw stroom in de Power Automate-ontwerper aan te passen.

Om dit te doen vanuit Power Automate voor bureaublad opent u de console, navigeert u naar het tabblad Mijn stromen en zoekt u de stroom waarvoor u een beschrijving wilt maken. Ga vervolgens naar stroomeigenschappen en druk op het tabblad met algemene stroomeigenschappen op de knop Laat Copilot een beschrijving maken. Copilot analyseert vervolgens uw stroom en genereert de stroombeschrijving.

U kunt ook een stroombeschrijving genereren vanuit de portal. Hiervoor zoekt u de bureaubladstroom waarvoor u de beschrijving wilt maken en drukt u op het detailitem in het stroommenu. Druk vervolgens op de knop Bewerken in het detailgedeelte van de stroom en selecteer ten slotte de knop Laat Copilot een beschrijving maken.

Met de generatieve antwoordfunctionaliteit van Copilot kunt u eenvoudig de informatie vinden die u nodig hebt om uw stromen en andere aspecten van Power Automate voor bureaublad te maken en te beheren. De generatieve antwoorden zijn geïntegreerd in de gebruikersinterface van Power Automate voor bureaublad in zowel de console als de ontwerpomgeving, zodat ze gemakkelijk toegankelijk en te gebruiken zijn. Typ simpelweg uw vraag in natuurlijke taal en Copilot voorziet u van de meest relevante informatie uit onze documentatie. Selecteer het copilotpictogram in de gebruikersinterface van de console of de ontwerpomgeving en krijg antwoord op uw vragen.

Tegenwoordig hebt u in Power Automate Procesanalyse enige technische kennis en productkennis nodig om bruikbare inzichten te krijgen. Hiervoor moet u filters, aangepaste metrische gegevens en categorisatievariabelen maken om een gestandaardiseerde weergave van het proces te krijgen. U kunt Copilot gebruiken om iteratieve stappen te zetten in procesmining, procesinzichten en een inleiding tot procesmining, waarmee u op een eenvoudige manier met het hulpprogramma kunt beginnen.

Analytische copilot-aanbiedingen:

• Desktop-invoegtoepassing voor het maken van acties tijdens het proces.
• De mogelijkheid om bevindingen kwalitatief en kwantitatief samen te vatten.

Met de connector Power Automate Process Mining kunt u inzichten in procesmining opnemen in Power Automate-stromen. Stromen kunnen worden geactiveerd op basis van gebeurtenissen weer worden geactiveerd door de evaluatie van bedrijfsregels in Power Automate Process Mining. Elke keer dat nieuwe procesgegevens worden geïmporteerd, wordt de bedrijfsregel geëvalueerd. Wanneer een bedrijfsregel wordt gedefinieerd in Power Automate Process Mining, kunnen gebruikers in de stroom een nieuwe stroomtrigger oppikken die wordt geïnitieerd door de evaluatie van geselecteerde bedrijfsregels.

Aangezien Power Automate Process Mining nu een cloudconnector is, is het volgende scenario beschikbaar:

• In het begin definieert de gebruiker een bedrijfsregel in Power Automate Process Mining.
• Wanneer een bedrijfsregel is gedefinieerd, kunt u in een cloudstroom de nieuwe trigger 'Wanneer een bedrijfsregel wordt geëvalueerd' ophalen voor de connector Power Automate Process Mining.
• Trigger retourneert een lijst met objecten die voldoen aan criteria van een geselecteerde bedrijfsregel.
• De lijst bevat de object-id, de gedefinieerde KPI-waarde en de KPI-categorie zoals gedefinieerd in de bedrijfsregel.
• U kunt geautomatiseerde acties voor afzonderlijke objecten definiëren.

De webclient voor procesmining biedt klanten de mogelijkheid om de resultaten van procesmining rechtstreeks te bekijken en te analyseren via een webinterface op de Power Automate Process Mining-pagina.

Tot de belangrijkste functionaliteiten behoren:

• Het standaard ingesloten Power BI-rapport is vervangen door het volledig interactieve dashboard Procesoverzicht.
• Het onderdeel Procesoverzicht biedt een volledige reeks KPI's om weer te geven.
• De inhoud van de pagina Procesoverzicht wordt dynamisch opnieuw berekend op basis van filters die door de gebruiker worden ingesteld.
• Er wordt nog steeds een Power BI-rapport gegenereerd, maar gebruikers hoeven niet te wachten tot het is gemaakt om toegang te krijgen tot de analyse van het procesoverzicht.

Procesinzichten van Power Automate Process Mining kunnen nu worden gebruikt in Power BI-rapporten die zijn gemaakt in de werkruimte Fabric door gebruik te maken van het semantische DirectLake-model boven op Fabric Lakehouse.

In vergelijking met het semantische model dat is gemaakt in Power BI-werkruimten, is het nieuwe DirectLake-model:

• Is eenvoudiger en gestroomlijnder, waardoor onnodige complexiteit wordt geëlimineerd.
• Maakt gebruik van de DirectLake-modus, waardoor er zelfs voor grote procesmodellen kleinere SKU's nodig zijn.
• Minder intensief qua resources, omdat in de DirectLake-modus alleen de gegevens worden geladen die nodig zijn voor een bepaalde query.
• Biedt vergelijkbare prestaties met het semantische model van importmodus.
• Hiermee kunt u aangepaste verbeteringen door samengestelde modellen mogelijk maken en tegelijkertijd de voordelen van DirectLake-performance behouden (afhankelijk van de beperkingen van samengestelde DirectLake-modellen).
• Bevat de aangepaste metrische gegevens en bekijk de configuratie die is gemaakt in de desktop-app van Power Automate Process Mining.

In de wizard Proces maken kunt u de gewenste locatie voor het resulterende semantische model selecteren:

• Power BI Embedded: Hiermee maakt u een lite-versie van het standaardrapport in een opgegeven gedeelde werkruimte en een semantisch model op basis van geaggregeerde waarden. Dit wordt aanbevolen voor kleine proof-of-concepts en voor proefprojecten.
• Power BI-werkruimte: Hiermee maakt u een volledig semantisch model (oudere versie met de importmodus) in uw eigen Power BI-werkruimte. Dit wordt aanbevolen voor productie-, kleine en middelgrote gebruiksvoorbeelden.
• Fabric-werkruimte (preview): maakt een volledig semantisch model (DirectLake) in uw Fabric-werkruimte. Dit wordt aanbevolen voor elke productiegebruikscase.

De analyseservice voor procesintelligentie biedt analytische functies in de vorm van een Azure API. Wanneer de bureaublad-app verbinding maakt met de analyseservice voor procesintelligentie, hebt u toegang tot dezelfde functionaliteit als in de volledige bureaublad-app Power Automate Process Mining.

U kunt deze functie inschakelen in de opties van de bureaublad-app.

Met de thin client-app Power Automate Process Mining is het volgende niet nodig:

• Het procesmodel downloaden waardoor resources in beslag worden genomen.
• Voldoen aan speciale hardwarevereisten bij het werken met grote procesmodellen.
• Updates installeren van bureaublad-apps bij wijzigingen in de analytische werking.

Deze functie is verbonden met de functie Ondersteuning voor gegevensopname in delta-parquet-indeling en breidt de opties uit waaruit u kunt kiezen met betrekking tot gegevensopname. U kunt nu gegevens opnemen via:

• Gegevensstromen
• Breng uw eigen Azure Datalake Gen2 mee. Gegevens kunnen de CSV-, Parquet- en delta-Parquet-indeling hebben
• OneLake door middel van Fabric Lakehouse. Bestanden kunnen een CSV-, Parquet- en delta-Parquet-indeling hebben

De functie is automatisch ingeschakeld als optie in de wizard Proces maken. Het doel is om mogelijkheden voor opname via het geharmoniseerde gegevensplatform Microsoft Fabric te bieden om een gegevensduplicatie van een organisatie te kunnen maken.

Capaciteitsregistratie voor betaalde licenties is een belangrijke functie voor elke tenant. Het licentiemodel voor Power Automate Process Mining is gebaseerd op geïmporteerde/geanalyseerde gegevensvolumes. Elke keer dat een gebruiker nieuwe gegevens in het proces importeert, wordt de gekochte capaciteit besteed, afhankelijk van het volume aan geïmporteerde gegevens. Deze uitgaven zijn nu opgenomen in de rapportagepagina Capaciteitsgebruik. De volgende functies zijn beschikbaar:

• De pagina Capaciteitsgebruik biedt informatie over de daadwerkelijke capaciteitstoewijzing en uitgaven in de omgeving.
• Gebruikers kunnen zien hoeveel capaciteit is verbruikt door hun processen en de processen van andere gebruikers.
• Er wordt informatie verstrekt over onbeperkte hoeveelheden, beschikbare capaciteit of capaciteitsoverschrijdingen.
• Gebruikers kunnen een aanvraag indienen bij de tenantbeheerder om meer capaciteit toe te wijzen voor een bepaalde omgeving.
• Gebruikers kunnen een gedetailleerder rapport krijgen met informatie over de capaciteitsuitgaven per afzonderlijk proces.